En outre, la hausse de 2,8 points de pourcentage de la part de marché de l’industrie communautaire entre 2007 et la période d’enquête conforte la conclusion exposée au considérant 121 du règlement provisoire selon laquelle le préjudice subi par l’industrie communautaire ne saurait être attribué à cette faible contraction de la demande observée entre 2007 et la période d’enquête.
Aangezien het marktaandeel van de bedrijfstak van de Gemeenschap tussen 2007 en het eind van het OT met 2,8 procentpunten toenam, geeft dit bovendien steun aan de in overweging 121 van de voorlopige verordening bereikte conclusie dat de door de bedrijfstak van de Gemeenschap geleden schade niet kan worden toegeschreven aan de geringe inkrimping van de vraag tussen 2007 en het eind van het OT.