Les membres du personnel visés au § 1, qui, sur la base de la réglementation en vigueur avant le 1 septembre 2006, étaient porteurs, par disposition orga
nique ou par mesure transitoire, d'un titre requis pou
r un cours dans les périodes/enseignant spécifiques d'enseignement d'accueil pour primo-arrivants allophones, visées à l'article 5 de l'arrêté du Gouvernement flamand du 24 mai 2002 relatif à l'organisation de l'enseignement d'accueil pour primo-arrivants allophones dans l'enseignement secondaire ordinaire, sont censés être porteur
...[+++]s d'un titre jugé suffisant pour le cours général de néerlandais pour primo-arrivants.
De personeelsleden, vermeld in § 1, die op basis van de reglementering die voor 1 september 2006 van kracht was, organiek of via overgangsmaatregelen, in het bezit waren van een vereist bekwaamheidsbewijs voor een vak in de specifieke uren-leraar in het onthaalonderwijs voor anderstalige nieuwkomers, vermeld in artikel 5 van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 mei 2002 inzake de organisatie van onthaalonderwijs voor anderstalige nieuwkomers in het gewoon secundair onderwijs, worden geacht in het bezit te zijn van een voldoende geacht bekwaamheidsbewijs voor het algemeen vak Nederlands voor nieuwkomers.