La Loi retient actuellement cinq cas spécifiques de fraude à l'acquisition de la nationalité belge, à savoir la conduite frauduleuse, la transmission de fausses informations, la commission de faux en écriture et/ou l'usage de documents faux ou falsifiés, la fraude à l'identité, et la fraude à l'obtention du droit de séjour.
De wet weerhoudt thans vijf specifieke gevallen van fraude bij het verkrijgen van de Belgische nationaliteit, namelijk een bedrieglijke handelwijze, het verschaffen van valse informatie, het plegen van valsheid in geschrifte en/of het gebruik van valse of vervalste stukken, identiteitsfraude en fraude bij het verkrijgen van het recht op verblijf.