Si l'on a attribué au surplus la pleine propriété d'une partie de la succession au conjoint survivant, celui-ci recueille la pleine propriété de la quotité disponible, plus l'usufruit du reste : il reçoit donc 25 % en pleine propriété, plus 67 % en usufruit sur les 75 % restants, soit près de 80 % au total.
Heeft men daarenboven de volledige eigendom van een deel van de nalatenschap aan de langstlevende echtgeno(o)t(e) gegeven, dan krijgt die de volle eigendom van het beschikbaar deel plus het vruchtgebruik van de rest : hij krijgt dus 25 % in volle eigendom plus 67 % als vruchtgebruik op de overblijvende 75 %, dat wil zeggen bijna 80 % in totaal.