Art. 5. Les jeunes gens et jeunes filles âgés de 14 à 15 ans, qui suivent régulièrement les cours d'une école professionnelle de la ganterie, ont droit aux salaire fixé pour ceux âgés de 16 ans, dès qu'ils passent en seconde année d'études.
Art. 5. De jongens en meisjes van 14 en 15 jaar, die regelmatig de leergangen aan een vakschool van de handschoenmakerij volgen, hebben recht op het voor de 16-jarige vastgestelde loon, zodra zij naar het tweede studiejaar gaan.