Traduction de «raccordé électriquement doit » (Français → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

connexion électrique | raccordement électrique
elektrische aansluiting | elektrische verbinding

raccordement au réseau électrique
aansluiting op het elektriciteitsnet

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

2.4. Sur un tracteur équipé d'une ligne de commande électrique et raccordé électriquement à un véhicule tracté équipé d'une ligne de commande électrique, toute défaillance durable (> 40 ms) de la ligne de commande électrique doit être détectée sur le tracteur et le conducteur doit en être prévenu au moyen du signal d'avertissement jaune défini au point 2.2.1.29.1.2 de l'annexe I, lorsque lesdits véhicules sont reliés au moyen de la ligne de commande électrique.
2.4. Bij elektrische aansluiting van een trekker met een elektrische bedieningsleiding op een getrokken voertuig met een elektrische bedieningsleiding moet in de trekker een langer durende storing (> 40 ms) in de elektrische bedieningsleiding worden geconstateerd en aan de bestuurder worden gemeld middels het in punt 2.2.1.29.1.2 van bijlage I bedoelde gele waarschuwingssignaal, wanneer de voertuigen via de elektrische bedieningsleiding op elkaar worden aangesloten.

Si le véhicule tracté est équipé d'un raccord électrique comme spécifié au point 2.1.5.1.3 de l'annexe I, ce raccord doit également être raccordé au simulateur de tracteur (voir point 2 de l'appendice 2).
Indien het getrokken voertuig is voorzien van een elektrische connector zoals bedoeld in punt 2.1.5.1.3 van bijlage I, moet die connector ook worden aangesloten op de trekkersimulator (zie punt 2 van aanhangsel 2).

3.4. Un véhicule tracté peut être équipé comme décrit au point 2.1.4.1.3 de l'annexe I, à condition qu'il ne puisse être attelé qu'à un tracteur équipé d'une ligne de commande électrique qui satisfait aux prescriptions du point 2.2.1.17.1 de l'annexe I. Dans tous les autres cas, le véhicule tracté, lorsqu'il est raccordé électriquement, doit actionner automatiquement ses freins ou les garder serrés.
3.4. Een getrokken voertuig kan zijn uitgerust volgens punt 2.1.4.1.3 van bijlage I, mits bediening slechts mogelijk is bij aansluiting op een trekker met een elektrische bedieningsleiding die voldoet aan de voorschriften van punt 2.2.1.17.1 van bijlage I. In alle andere gevallen moet het getrokken voertuig bij elektrische aansluiting automatisch de remmen in werking stellen of houden.

4.1.4. Un tracteur raccordé électriquement à un véhicule tracté au moyen d'une ligne de commande électrique doit avertir clairement le conducteur chaque fois que le véhicule tracté émet des informations de défaillance indiquant que le niveau d'énergie accumulé dans une partie quelconque du système de freinage de service du véhicule tracté descend en dessous de la valeur d'alerte, comme spécifié au point 5.2.4.
4.1.4. Een trekker die via een elektrische bedieningsleiding is aangesloten op een getrokken voertuig moet de bestuurder een duidelijke waarschuwing geven als het getrokken voertuig de foutmelding doorgeeft dat de in enig onderdeel van het bedrijfsremsysteem van het getrokken voertuig opgeslagen energie onder het in punt 5.2.4 genoemde kritieke niveau komt.

Le signal doit être actionné depuis le véhicule tracté par l'intermédiaire de la broche 5 du raccord électrique conforme à la norme ISO 7638:2003 et, dans tous les cas, le signal transmis par le véhicule tracté doit être affiché sans retard ni modification par le tracteur.
Dit signaal moet vanuit het getrokken voertuig worden geactiveerd via pool 5 van de elektrische connector volgens ISO 7638:2003 en het door het getrokken voertuig verzonden signaal moet in alle gevallen zonder significante vertraging of wijziging worden weergegeven door de trekker.

3.3. Les détonateurs (y compris les détonateurs à retard) et raccords à retard pour cordeaux détonants doivent également respecter les exigences suivantes: a) les détonateurs doivent, dans toutes les conditions d'emploi prévisibles, amorcer de façon fiable la détonation des explosifs de mine avec lesquels ils sont destinés à être employés; b) les raccords à retard pour cordeaux détonants doivent pouvoir être amorcés de façon fiable; c) la capacité d'amorçage ne doit pas être altérée par l'humidité; d) les durées de temporisation des détonateurs à retard doivent être suffisamment uniformes pour que le risque de chevauchement des temporisations de relais voisins soit insignifiant; e) les caractéristiques électriques des détonateurs électriques doivent être indiquées sur l'emballage (courant minimal de fonctionnement, résistance, etc.); f) les fils des détonateurs électriques doivent présenter une isolation et une résistance mécanique suffisantes, y compris au niveau de leur solidarisation avec le détonateur, compte tenu de leur utilisation prévue.
3.3. Ontstekers (met inbegrip van ontstekers met vertraagde werking) en ontstekers met vertraagde werking voor slagsnoeren moeten ook aan de volgende eisen voldoen: a) ontstekers moeten de detonatie van de brisante explosieven die zijn bestemd om ermee te worden gebruikt, onder alle te verwachten omstandigheden op betrouwbare wijze inleiden; b) ontstekers met vertraagde werking voor slagsnoeren moeten op betrouwbare wijze kunnen worden ingeleid; c) het inleidend vermogen mag niet worden aangetast door vochtigheid; d) de vertragingstijd van ontstekers met vertraagde werking moet voldoende uniform zijn om te garanderen dat de vertragingstijden van aangrenzende tijdstappen elkaar normaliter niet overlappen; e) de elektrische kenmerken van elektrische ontstekers moeten op de verpakking worden vermeld (bijvoorbeeld minimuminleidingsstroom of weerstand); f) de draden van de elektrische ontstekers moeten geïsoleerd en mechanisch voldoende sterk zijn, met inbegrip van de verbinding van de ontsteker, gelet op het te verwachten gebruik.

26. prend acte de l'estimation de la Commission selon laquelle un financement de 35 milliards d'euros est nécessaire pour atteindre l'objectif de 10 % d'ici à 2020 dans tous les États membres; rappelle que, conformément au règlement (UE) n° 1316/2013 établissant le mécanisme pour l'interconnexion en Europe (MIE), la majeure partie du concours financier prévu au titre de l'enveloppe énergétique du MIE devrait être allouée aux projets dans le domaine de l'électricité et insiste pour que la Commission prenne dûment en considération cet élément; soutient la recommandation de la Commission selon laquelle le MIE devrait se concentrer sur un nombre limité de projets essentiels; souligne qu'une attention particulière doit être portée aux projets qui remédient aux plus importantes défaillances du marché intégré de l'électricité de l'Union et au manque d'interconnexion; estime qu'un financement adéquat de l'Union devrait continuer d'être accordé même après 2020 afin de soutenir la construction de projets de raccordement des réseaux d'électricité non viables commercialement nécessaires pour assurer le fonctionnement du marché intérieur de l'énergie et un fonctionnement sécurisé des systèmes électriques; souligne l'importance du soutien apporté par la BEI aux investisseurs dans les projets d'infrastructures d'électricité commercialement viables; prend acte de la mise en place de l'EFSI et encourage la Commission à s'assurer que ce fonds attire véritablement des investissements dans l'interconnexion électrique;
26. neemt kennis van de raming van de Commissie dat er 35 miljard EUR aan financiering nodig is om de doelstelling van 10 % tegen 2020 in alle lidstaten te halen; herinnert eraan dat in de CEF-verordening ((EU) nr. 1316/2013) staat dat het overgrote deel van de financiële bijstand uit de CEF-middelen voor energie beschikbaar moet worden gesteld voor elektriciteitsprojecten, en dringt erop aan dat de Commissie hier voldoende rekening mee houdt; steunt de aanbeveling van de Commissie om de CEF op enkele centrale projecten te concentreren; benadrukt dat bijzondere aandacht nodig is voor projecten die de grootste gaten in de geïntegreerde elektriciteitsmarkt aanpakken en het gebrek aan voldoende interconnectie tegengaan; is van mening dat er ook na 2020 adequate EU-financiering beschikbaar moet worden gesteld ter ondersteuning van de uitvoering van niet commercieel levensvatbare projecten voor stroomverbindingen die nodig zijn om de goede werking van de interne energiemarkt en een veilige werking van elektriciteitssystemen te garanderen; benadrukt het belang van de EIB bij de ondersteuning van investeerders in commercieel lonende projecten op het gebied van de elektriciteitsinfrastructuur; neemt kennis van de oprichting van het EFSI en moedigt de Commissie aan om ervoor te zorgen dat met behulp van dit fonds investeringen in stroomverbindingen worden aangetrokken;

1. rappelle qu'une énergie sûre, durable et compétitive et des réseaux énergétiques adéquats, intégrés et fiables disposant de connexions internes efficaces comptent parmi les principaux enjeux à venir pour l'ensemble des régions de l’UE; souligne que le réaménagement et le renouvellement des infrastructures énergétiques, la promotion des réseaux transeuropéens d’énergie et des sources d'énergie renouvelables, le développement des raccordements électriques et gaziers domestiques et la connexion des régions isolées de l’UE au marché énergétique européen représentent des éléments essentiels pour la réalisation des objectifs 20-20-20 et des objectifs de la stratégie Europe 2020; observe que dans plusieurs pays, le niveau d’interconnexion est inférieur au seuil de 10 %; souligne que la politique énergétique de l’UE doit être coordonnée et déterminée à l’échelle continentale et que des réseaux européens connectés aux États voisins encourageraient la concurrence sur le marché énergétique européen commun et renforceraient la solidarité entre les États membres; estime que l’Union, les États membres et les autorités régionales doivent coopérer dans ce contexte en faveur non seulement des infrastructures transfrontalières, mais aussi des infrastructures qui permettent la transmission en provenance et à destination des grandes voies de transmission, ainsi que la distribution au niveau national; souligne que les autorités régionales et locales, en coopération avec les "guichets uniques" nationaux, jouent un rôle important dans la planification durable, les procédures d’autorisation et la promotion des projets d’infrastructure énergétique (PIE) auprès de la population;
1. herinnert eraan dat de beschikking over zekere, duurzame en concurrerende energie en adequate, geïntegreerde en betrouwbare energienetwerken met doelmatige interne verbindingen, een van de belangrijkste uitdagingen in de toekomst voor alle regio´s in de EU vormt; onderstreept dat de verbetering en vernieuwing van de energie-infrastructuur, de bevordering van trans-Europese energienetwerken en hernieuwbare energiebronnen, de ontwikkeling van binnenlandse elektra- en gaskoppelingen en de aansluiting van regio's van de EU die geïsoleerd zijn op energiegebied op de energiemarkt van de EU van essentieel belang zijn om de 20/20/20-klimaatdoelstellingen en de doelstellingen van de Europa 2020-Strategie te halen; merkt op dat in een aantal landen het verbindingsniveau onder de benedengrens van 10% ligt; benadrukt dat het energiebeleid van de EU moet ook worden gecoördineerd en vastgesteld op continentaal niveau, en dat Europese netwerken die verbonden zijn met buurlanden de concurrentie op de gemeenschappelijke energiemarkt van de EU zullen stimuleren en de solidariteit tussen de lidstaten versterken; is van mening dat de Unie, de lidstaten en de regionale autoriteiten in dit verband moeten samenwerken om niet alleen de grensoverschrijdende infrastructuur, maar ook de infrastructuur voor de transmissie naar en van transmissiewegen en de distributie op nationaal niveau te verbeteren; onderstreept dat de regionale en lokale autoriteiten in samenwerking met nationale centrale loketten een belangrijke rol spelen in duurzame planning, de vergunningenprocedures, alsook in het promoten van de energie-infrastructuurprojecten (EIP's) bij het publiek;

La petite station de base qui est reliée à la ligne téléphonique et qui assure le raccordement au combiné doit être localement alimentée en énergie électrique.
Het kleine basisstation dat op de telefoonlijn wordt aangesloten en dat de verbinding met de wandeltelefoon verzekert moet lokaal van elektrische energie voorzien worden.