Art. 15. Le ministère public ou, selon la nature de l'acte, l'auditorat du travail, peut ester en justice dans les litiges civils auxquels l'application de la loi du 30 juillet 1981 tendant à réprimer certains actes inspirés par le racisme ou la xénophobie donnerait lieu.
Art. 15. Het openbaar ministerie of, al naargelang de aard van de daad, het arbeidsauditoraat, kan in rechte optreden in de burgerrechtelijke geschillen waartoe de toepassing van de wet van 30 juli 1981 tot bestraffing van bepaalde door racisme of xenofobie ingegeven daden aanleiding zou geven.