Etant donné que, dans leur mémoire en réponse, J. Geurts et la SA « Jonelinvest » se rallient simplement à l'argumentation développée dans le mémoire du Gouvernement flamand, la Cour n'a pas à examiner si, du fait de cette intervention, les droits de défense des autres parties seraient compromis et s'il y aurait lieu, pour cette raison, de déclarer l'intervention irrecevable ou de prévoir une possibilité complémentaire de formuler une argumentation écrite, au cas où une réplique orale à l'audience n'aurait pas suffi.
Aangezien J. Geurts en de nv « Jonelinvest » zich in hun memorie van antwoord zonder meer aansluiten bij de argumentatie zoals ontwikkeld in de memorie van de Vlaamse Regering, dient het Hof niet te onderzoeken of door die tussenkomst de rechten van verdediging van de andere partijen in het gedrang zouden zijn en of er om die reden aanleiding zou zijn om de tussenkomst niet ontvankelijk te verklaren of om in een aanvullende mogelijkheid van schriftelijke argumentatie te voorzien, indien een mondelinge repliek ter terechtzitting niet zou hebben volstaan.