66. constate les insuffisances relevées par la Cour des comptes dans son rapport spécial n° 2/2014 intitulé "Les régimes commerciaux préférentiels sont-ils gérés de manière appropriée?" en matière de stratégie de contrôle et de gestion des risques en Allemagne, en France et au Royaume-Uni, qui sont susceptibles de se solder par une perte budgétaire pour l'Union; relève que ces faiblesses ont été confirmées
par le montant des recettes potentiellement perdues dans ces trois États membres; fait remarquer qu'en extrapolant les erreurs relevées dans l'échantillon de 2009, la Cour des comptes a estimé que le montant des droits de douane mena
...[+++]cés de prescription s'élevait à 655 millions d'EUR dans ces États membres; relève que cette somme représente environ 6 % du montant brut des droits à l'importation perçus cette année-là dans les cinq États membres sélectionnés, à savoir 167 millions d'EUR pour l'Allemagne, 176 millions d'EUR pour la France et 312 millions d'EUR pour le Royaume-Uni; 66. wijst op de tekortkomingen die de Rekenkamer in het speciale verslag 2/2014 getiteld "Worden de preferentiële handelsregelingen naar behoren beheerd?" heeft vastgesteld in de controlestrategie en het risicobeheer in Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk en di
e kunnen leiden tot potentiële verliezen voor de EU-begroting; wijst erop dat
deze tekortkomingen werden bevestigd door het bedrag aan mogelijk gederfde ontvangsten in deze drie lidstaten; wijst erop dat door extrapolatie van de in de steekproef van 2009 vastgestel
...[+++]de fouten de Rekenkamer tot een geraamd bedrag aan douanerechten in deze lidstaten komt van 655 miljoen EUR die dreigen te verjaren; Dit stemt overeen met ongeveer 6% van het brutobedrag aan douanerechten bij invoer in de vijf geselecteerde lidstaten dat jaar, bestaande uit 167 miljoen EUR voor Duitsland, 176 miljoen EUR voor Frankrijk en 312 miljoen EUR voor het Verenigd Koninkrijk;