Si la question préjudicielle doit toutefois être interprétée en ce sens qu'elle dénonce en réalité la différence de traitement, dans le cadre d
e l'introduction du recours auprès du Gouvernement flamand, entre le fonctionnaire délégué, d'une part, et le demandeur d'un permis, d'autre part, en ce qui concerne l'obligation de notifier le re
cours et ses annexes, il y a lieu de renvoyer alors à l'arrêt n 99/98 du 24 septembre 1998, dans lequel la
Cour a jugé que l'article 53 du décret de la Région flamande relatif à l'aménagement du territoire, coordonné le 22 octobre 1996, ne vio
...[+++]lait pas les articles 10 et 11 de la Constitution en ce qu'il impose au collège des bourgmestre et échevins et au fonctionnaire délégué de notifier en même temps au demandeur, dans son intégralité, le recours administratif introduit auprès du Gouvernement flamand, alors que cette obligation n'est pas imposée au demandeur qui introduit un recours administratif.Indien de prejudiciële vraag evenwel aldus moet worden begrepen dat zij in werkelijkheid het verschil in behandeling aanklaagt, bij het instellen v
an het beroep bij de Vlaamse Regering, tussen de gemachtigde ambtenaar, enerzijds, en de aanvrager van een vergunning, anderzijds, voor wat de plicht tot kennisgeving van het beroepschrift en de bijlagen betreft, dan dient het Hof te wijzen op het arrest nr. 99/98 van 24 september 1998, waarin werd geoordeeld dat artikel 53 van het decreet van het Vlaamse Gewest betreffende de ruimtelijke ordening, gecoördineerd op 22 oktober 1996, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet schendt doordat aan
...[+++] het college van burgemeester en schepenen en aan de gemachtigde ambtenaar de verplichting wordt opgelegd om het administratief beroep bij de Vlaamse Regering terzelfder tijd integraal ter kennis van de aanvrager te brengen, terwijl in die verplichting niet is voorzien voor de aanvrager die een administratief beroep instelt.