Le § 1 de la disposition en projet établit la distinction entre l'usage selon les niveaux de détention, à savoir d'une part, l'usage d'instruments financiers détenus dans les livres de l'intermédiaire (société de bourse ou établissement de crédit) du client (premier niveau de détention intermédié) et d'autre part, l'usage d'instruments financiers que détient, pour compte de clients, l'intermédiaire du client auprès d'un intermédiaire tiers (deuxième niveau de détention intermédié).
Paragraaf 1 van deze ontwerpbepaling maakt een onderscheid in het gebruik dat van de financiële instrumenten wordt gemaakt naargelang het niveau waarop zij in bewaring worden genomen, namelijk, enerzijds, het gebruik van financiële instrumenten die worden aangehouden in de boeken van de bemiddelaar (beursvennootschap of kredietinstelling) van de cliënt (eerste niveau van geïntermedieerde bewaarneming), en, anderzijds, het gebruik van financiële instrumenten die de bemiddelaar van de cliënt, voor rekening van de cliënt, aanhoudt bij een derde bemiddelaar (tweede niveau van geïntermedieerde bewaarneming).