La Commission a également examiné les relations verticales évoquées plus haut et a conclu qu'aucune n'entraînerait l'éviction de concurrents ou de clients de l'entité issue de la concentration, car Ineos et la division en cause ne détiennent que des parts très limitées du marché de chacun des produits en amont et il existe un nombre suffisant d'autres fournisseurs sur le marché en aval des composés de S‑PVC.
De Commissie heeft ook de bovengenoemde verticale betrekkingen onderzocht en geconcludeerd dat geen daarvan zal leiden tot marktuitsluiting van de concurrenten of afnemers van de gefuseerde onderneming omdat de verkopen van de upstream-producten door Ineos en de over te nemen divisie zeer beperkt zijn en er voldoende alternatieve leveranciers zijn op de downstreammarkt voor s-PVC-verbindingen.