Au plus tard trois ans après la date de son inscription au registre des intermédiaires en services bancaires et en services d'investissement, et avant toute nouvelle période de trois ans, l'intermédiaire en services bancaires et en services d'investissement doit remettre à la CBFA, selon les modalités que celle-ci détermine, les documents visés à l'article 3, 1°, 3°, 4° et 5°, et à l'article 4, 2°, pour ce qui est du certificat de bonnes conduite, vie et moeurs, 4°, 5° et 6°.
Uiterlijk drie jaar na de datum van zijn inschrijving in het register van de tussenpersonen in bank- en beleggingsdiensten, en telkenmale vóór de aanvang van een volgende periode van drie jaar, dient de tussenpersoon in bank- en beleggingsdiensten de CBFA de bij artikel 3, 1°, 3°, 4° en 5°, en artikel 4, 2°, voor wat het getuigschrift van goed zedelijk gedrag betreft, 4°, 5° en 6°, bedoelde documenten voor te leggen volgens de modaliteiten door de CBFA bepaald.