3. Si aucun des documents énumérés aux annexes 1 ou 2 ne peut être présenté, les représentations diplomatiques et consulaires compétentes de l’État requis concerné prennent, sur demande, les dispositions nécessaires pour s’entretenir avec la personne à réadmettre dans un délai raisonnable, et au plus tard dans les cinq jours ouvrables à compter de la date de la demande, afin d’établir sa nationalité.
3. Indien geen van de in bijlage 1 of 2 vermelde documenten kan worden overgelegd, neemt de bevoegde diplomatieke en consulaire vertegenwoordiging van de betrokken aangezochte staat op verzoek de nodige maatregelen om de over te nemen persoon onverwijld en uiterlijk binnen 5 werkdagen na de dag van het verzoek te ondervragen teneinde diens nationaliteit vast te stellen.