I. considérant que l'annexe II de l'accord‑cadre règle la transmission au Parlement et le traitement des informations confidentielles de la Commission, telles qu'elles sont définies au point 1.2., dans le cadre de l'exercice des prérogatives et compétences du Parlement; que les deux institutions agissent dans le respect des devoirs réciproques de coopération loyale, dans un esprit de pleine confiance mutuelle et dans le respect le plus strict des dispositions pertinentes des traités,
I. overwegende dat bijlage II van de kaderovereenkomst betrekking moet hebben op het verstrekken van informatie aan het Parlement en het behandelen van vertrouwelijke gegevens door de Commissie, zoals omschreven in punt 1.2, in verband met de uitoefening van de prerogatieven en bevoegdheden van het Parlement; overwegende dat de twee instellingen moeten handelen met inachtneming van hun wederzijdse plicht tot serieuze samenwerking, in een sfeer van volledig wederzijds vertrouwen en in nauwe overeenstemming met de relevante bepalingen van het Verdrag,