2. Les effets prévus au paragraphe précédent cessent lorsque la personne citée, ayant eu la possibilité de le faire, n'a pas quitté le territoire de l'État requérant dans les 15 jours après la date de la décision qui a suivi l'audience à laquelle elle a comparu ou si elle y est retournée sans être citée à nouveau après l'avoir quitté.
2. Het bepaalde in het vorige lid is niet langer van toepassing wanneer de gedagvaarde persoon, hoewel hij daartoe de mogelijkheid heeft gehad, het grondgebied van de verzoekende Staat niet heeft verlaten binnen 15 dagen na de datum van de uitspraak die is gevolgd op de zitting waar hij is verschenen, of indien hij, na dat grondgebied te hebben verlaten, daarin is teruggekeerd zonder te zijn gedagvaard.