38. estime, en ce qui concerne les circuits utilisés pour diffuser les demandes des commissaires et les réponses émises par les services, que ces réponses (lorsqu'elles touchent à des thèmes jugés sensibles) devraient systématiquement être transmises par le Directeur général au commissaire concerné lui-même, et pas seulement à son chef de cabinet;
38. handhaaft als zijn standpunt dat met betrekking tot de kanalen die gebruikt worden voor de verspreiding van vragen van leden van de Commissie en de door de afdelingen te verstrekken antwoorden, deze antwoorden (ingeval deze op gevoelig geachte onderwerpen betrekking hebben) steeds dienen te worden toegezonden door de directeur-generaal aan het betrokken lid van de Commissie zelf en niet slechts naar zijn kabinetschef;