Dès l'adhésion, la Bulgarie et la Roumanie sont réputées être destinataires des lois-cadres, règlements et décisions européens au sens de l'article I-33 de la Constitution, et des directives et décisions au sens de l'article 249 du traité et de l'article 161 du traité CEEA, sous réserve que ces lois-cadres, règlements et décisions européens et que ces directives et décisions aient été adressés à tous les États membres actuels.
Vanaf het tijdstip van toetreding wordt ervan uitgegaan dat de Europese kaderwetten, verordeningen en besluiten in de zin van artikel I-33 van de Grondwet, en de richtlijnen en beschikkingen in de zin van artikel 249 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap en van artikel 161 van het Euratom-Verdrag, eveneens tot Bulgarije en Roemenië zijn gericht, voorzover deze Europese kaderwetten, verordeningen en besluiten en deze richtlijnen en beschikkingen tot alle huidige lidstaten zijn gericht.