L'article 305 de la loi peut également être interprété dans le sens qu'en règle générale, l'obligation de payer les accises dues « pour les marchandises qui seraient perdues, naufragées, brûlées, dénaturées ou qui manqueraient de toute autre manière » est maintenue sauf deux exceptions, la première étant une disposition légale dérogatoire et la deuxième une exemption accordée « dans des cas très particuliers ».
Artikel 305 van de wet kan ook zo worden geïnterpreteerd dat als algemene regel de verplichting tot het betalen van de verschuldigde accijnzen bij « het vermissen, verongelukken, verbranden, ontvreemden of op enige andere wijze teloor gaan van goederen » gehandhaafd blijft behoudens twee uitzonderingen, de eerste zijnde een afwijkende wettelijke bepaling, en de tweede zijnde een vrijstelling die « in zeer bijzondere gevallen » wordt toegestaan.