Cela permet en même temps à la chambre de l'application des peines d'insérer une ' période de réflexion ' ne pouvant excéder un an » (Doc. parl., Sénat, 2012-2013, n° 5-2001/1, p. 38).
Tegelijk laat het de [strafuitvoeringskamer] toe in het individuele geval een zekere ' bezinningsperiode ' in te lassen, met een maximumgrens van één jaar » (Parl. St., Senaat, 2012-2013, nr. 5-2001/1, p. 38).