Le ministre des Finances peut, aux conditions qu’il détermine, prévoir que, lorsque la personne qui expédie ces produits possède la qualité d’entrepositaire agréé, la garantie fournie en application de l’article 13, alinéa 1 , 2·, couvre également, en matière d’accise, le risque mentionné à l’alinéa 1 , inhérent à la circulation des produits d’accise circulant en régime suspensif de l’accise à destination de son propre entrepôt fiscal, en lieu et place de la garantie mentionnée à l’alinéa 2.
De minister van Financiën kan, onder de door hem te bepalen voorwaarden, bepalen dat, indien de persoon die deze producten verzendt de hoedanigheid van erkend entrepothouder bezit, de zekerheid gesteld bij toepassing van artikel 13, eerste lid, 2°, eveneens, inzake accijns, het in het eerste lid bedoelde risico dekt dat verbonden is aan het verkeer van de accijnsproducten die onder de schorsingsregeling van accijnsproducten worden verzonden ter bestemming van zijn eigen belastingentrepot, en dit in plaats van de zekerheid vermeld in het tweede lid.