M. Vanlouwe rappelle que la Région de Bruxelles-Capitale, en particulier, s'était opposée en son temps à la conclusion de cet accord de coopération parce qu'elle craignait que l'influence du VDAB à Bruxelles ne devienne trop importante, alors que Bruxelles avait le plus intérêt à l'échange de postes vacants.
De heer Vanlouwe herinnert eraan dat vooral het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest zich in het verleden verzet heeft tegen het sluiten van dit samenwerkingsakkoord omdat het vreesde dat de invloed van de VDAB in Brussel te groot zou worden, dit terwijl Brussel het meeste belang had bij het uitwisselen van de vacatures.