4. L'article 3, § 2, de la loi du 13 juillet 2005 prévoit par dérogation que tout organisme consultatif désigné nommément par le Roi n'est pas assujetti à ladite loi alors même qu'y est présent u
n mandataire public rémunéré soit « une personne physique ou morale qui est chargée d'un mandat dans un organisme public ou privé,
soit en raison des fonctions qu'elle exerce auprès d'une administration de l'État, d'une région, d'une communauté, d'une province, d'une commune ou d'un établissement public,
soit en qualité de représentant d'une organisation de travailleurs, d'employeurs
...[+++]ou de travailleurs indépendants, soit en qualité de représentant de l'État, d'une région, d'une communauté, d'une province ou d'une commune ».4. Artikel 3, § 2, van de wet van 13 juli 2005 voorziet als afwijking dat eik raadgevend orgaan dat met name door de Koning wordt genoemd, niet onderworpen is aan de genoemde wet, ook al is er een bezoldig
d publieke mandataris aanwezig, zijnde « een rechtspersoon of natuurlijk persoon die belast is met een mandaat in een openbare of private instelling, hetzij uit hoofde van de functie die hij uitoefent bij een administratie van het Rijk, van een gewest, van een gemeenschap, van een provincie, van een gemeente of van een openbare instelling, hetzij als vertegenwoordiger van een werknemers-, werkgevers- of zelfstandigenorganisatie, hetzij
...[+++]als vertegenwoordiger van het Rijk, van een gewest, van een gemeenschap, van een provincie of van een gemeente ».