3. Les États membres veillent à ce que, dans les cas ne présentant pas un caractère d'urgence, il soit répondu dans un délai d'une semaine aux demandes d'informations et de renseignements concernant les infractions visées à l'article 2, paragraphe 2, de la décision-cadre 2002/584/JAI, si les informations ou renseignements demandés figurent dans une base de données à laquelle un service répressif peut avoir directement accès.
3. De lidstaten zorgen ervoor dat niet-spoedeisende verzoeken om informatie of inlichtingen betreffende de in artikel 2, lid 2, van Kaderbesluit 2002/584/JBZ omschreven strafbare feiten binnen een week worden beantwoord, indien de gevraagde informatie of inlichtingen zijn opgeslagen in een voor een rechtshandhavingsautoriteit rechtstreeks toegankelijke gegevensbank.