Article 1. L'article 5 de l'arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 2 mars 2000 instituant en faveur du personnel de l'Agence Régionale pour la Propreté, un régime de mise en disponibilité avant l'âge de la retraite est remplacé par la disposition suivante : « Sans préjudice de l'article 4, le membre du personnel placé en disponibilité avant l'âge de la retraite est réputé percevoir durant la période de disponibilité un traitement plein, calculé comme si le membre du personnel était demeuré en activité ».
Artikel 1. Artikel 5 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 2 maart 2000 tot instelling ten gunste van het personeel van het Gewestelijk Agentschap voor Netheid van een stelsel van disponibiliteit voorafgaand aan de persioengerechtigde leeftijd, wordt door de volgende bepaling vervangen : « Onverminderd artikel 4 wordt het personeelslid in disponibiliteit voorafgaand aan de pensioengerechtigde leeftijd geacht tijdens de periode van disponibiliteit een volledige wedde te krijgen, berekend alsof het personeelslid in activiteit was gebleven ».