21. fait observer que les initiatives en matière d'aide au
commerce devraient prendre davantage en compte la nécessité d'associer le secteur privé, et en particulier les PME, les syndicats ouvriers et la société civile, tant à l'identification des besoins qu'à la mise en œuvre de l'aide, en sorte que
l'aide au commerce puisse faciliter davantage la création d'entreprises et leur croissance, ainsi que la création effective d'emplois à des conditions acceptables; souligne à cet égard la nécessité de consacrer une partie de l'aide au co
...[+++]mmerce au secteur du commerce équitable conformément au paragraphe 19 de sa résolution sur le commerce équitable et le développement; 21. merkt op dat de initiatieven voor handelsgebonden hulpverlening meer aandacht aan de cruciale deelname van de privé sector moeten besteden, vooral de KMO's, vakbonden en het maatschappelijk middenveld, zowel bij de inventarisering van de behoeften als de daadwerkelijke hulpverlening, zodat de handelsgebonden hulpverlening beter voor de oprichting en uitbouw van ondernemingen en het werkelijk creëren van goede banen kan zorgen die tegen de concurrentie op de internationale markten opgewassen zijn en ze weten te bereiken; wijst er verder op dat handelsgebonden hulpverlening voor een deel ook op eerlijke handel gericht moet zijn, in overeenstemming met pa
ragraaf 19 van zijn resolutie ...[+++] over eerlijke handel en ontwikkeling;