En outre, il y a lieu de constater qu'il est aussi prévu, à l'article 30, § 2, des lois coordonnées sur le Conseil d'Etat que « le Roi peut, par arrêté délibéré en Conseil des Ministres, fixer des règles particulières de procédure pour le traitement des requêtes qui sont sans objet, ou qui
n'appellent que des débats succ
incts », ce dont il résulte que la différence de traitement soulevée par les parties requérantes entre les justiciables devant le Conseil d'Etat ou d'autres juridictions et les justiciables devant le Conseil pour les contestations des autorisations n'existe pa
...[+++]s en droit.
Daarenboven dient te worden vastgesteld dat ook in artikel 30, § 2, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State wordt bepaald dat « de Koning [...], bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, bijzondere procedureregels [kan] vaststellen voor de behandeling van verzoekschriften die doelloos [zijn] of die enkel korte debatten met zich meebrengen », waardoor het door de verzoekende partijen opgeworpen verschil in behandeling tussen rechtzoekenden voor de Raad van State of andere rechtscolleges en rechtzoekenden voor de Raad voor Vergunningsbetwistingen in rechte niet bestaat.