2. « L'article 171, 6°, du Code des impôts sur les revenus 1992 viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution dans la mesure où, pour obtenir le bénéfice d'une imposition distincte des profits de profession libérale payés tardivement par le fait d'une autorité publique, il exige la réunion de trois conditions supplémentaires par rapport à un contribuable percevant des rémunérations de travailleur salarié dans les mêmes circonstances ?
2. « Schendt artikel 171, 6°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre het vereist dat, om het voordeel te verkrijgen van een afzonderlijke aanslag voor de baten die gehaald zijn uit een vrij beroep en die door toedoen van een overheid niet tijdig zijn betaald, aan drie bijkomende voorwaarden is voldaan, die niet gelden voor een belastingplichtige die in dezelfde omstandigheden als werknemer bezoldigingen heeft ontvangen ?