Il considère, dans l'esprit des rapports précédents du Parlement européen sur la transition de l'analogique au numérique, qu' étant donné le rôle de la télévision dans une société mondialisée, les choix techniques et législatifs de l'interopérabilité ne doivent pas être seulement de nature économique, mais aussi de nature sociale, culturelle et politique, et souligne que l'attention doit être portée avant tout sur les intérêts économiques, d'accès, de pluralité et de diversité culturelle des citoyens/spectateurs.
Overeenkomstig eerdere verslagen van het Europees Parlement over de overschakeling van analoog naar digitaal is hij van oordeel dat gezien de rol van televisie in de gemondialiseerde wereld de technische en wetgevingskeuzes met betrekking tot interoperabiliteit niet alleen van economische aard mogen zijn, maar ook maatschappelijk, cultureel en politiek bepaald moeten zijn en onderstreept dat de aandacht vooral moet uitgaan naar economische belangen, toegang, pluraliteit en culturele diversiteit van de burgers/kijkers.