18. souligne le rôle économique
contra-cyclique du secteur du logement et notamment du logement social grâce à la réduction de la dépendance énergétique, au soutien apporté au secteur de la construction et de la rénovation, aux emplois locaux durables et non délocalisables induits, notamment grâce à la forte intensité en main d'œuvre du secteur, au développement de filières vertes dans l'économie locale, et aux effets d'entraînement sur le reste de l'économie; estime par conséquent que l'investissement dans les logements sociaux ne devrait pas être simplement vu comme une dépense, mais également comme un investissement productif; encou
...[+++]rage en outre les États membres à entamer un dialogue avec l'industrie de la construction afin de créer un meilleur environnement des affaires et un meilleur cadre réglementaire pour le logement social, en prêtant une attention particulière à l'établissement d'objectifs en matière de construction, à la ventilation des coûts d'infrastructure et à la fourniture de terrains à bâtir; 18. onderstreept dat huisvesting, en met name sociale huisvesting, een contracyclische economische rol speelt dankzij de vermindering van de energieafhankelijkheid, dankzij steun aan d
e bouw- en renovatiesector, daaraan verbonden duurzame lokale banen die niet kunnen worden gedelokaliseerd, en in het bijzonder dankzij de arbeidsintensiviteit van de sector, de ontwikkeling van groene sectoren in de lokale economie en stimuleringseffecten op de rest van de economie; is dan ook van mening dat investeringen in sociale huisvesting niet alleen als uitgaven, maar ook als produc
tieve investeringen moeten ...[+++] worden beschouwd; moedigt de lidstaten voorts aan om een dialoog aan te gaan met de bouwsector, teneinde een betere ondernemingsklimaat en betere regelgeving voor sociale huisvesting te ontwikkelen, waarbij de aandacht in het bijzonder dient uit te gaan naar de vaststelling van woningbouwdoelstellingen, de financiering van infrastructuurkosten en de beschikbaarstelling van bouwgrond;