4. Aux fins du présent règlement et pour réduire les risques de conflits entre la législation maritime de la Communauté et les instruments internationaux, les États membres et la Commission coopèrent, au moyen de réunions de coordination et/ou d'autres moyens appropriés, pour arrêter, le cas échéant, une position ou une approche communes au sein des enceintes internationales compétentes.
4. Voor de toepassing van deze verordening en om het gevaar van strijdigheid van de communautaire maritieme wetgeving met internationale instrumenten te beperken, werken de lidstaten en de Commissie door middel van coördinatievergaderingen en/of elk ander passend middel samen om, indien nodig, een gemeenschappelijk standpunt of een gemeenschappelijke aanpak in de bevoegde internationale instanties vast te stellen.