La position de la délégation belge était de ne pas prévoir d'exceptions en cas d'infraction politique, tant qu'un pays ne fait pas usage de l'article 15 de la C.E.D.H., selon lequel tout pays peut, en cas de menace grave à l'égard de son ordre public, faire exception à certaines dispositions de la Convention.
Het standpunt van de Belgische delegatie was dat het politiek misdrijf niet als een uitzondering mag gelden zolang een land zich niet beroept op artikel 15 van het E.V. R.M., volgens hetwelk elk land van zijn verplichtingen kan afwijken wanneer de openbare orde ernstig wordt bedreigd.