Cette précision a pour but de souligner, comme dans la directive 2004/18/CE, que le pouvoir adjudicateur ne doit requérir la preuve que les entreprises se conforment à des règles de gestion environnementales que lorsque cela se justifie selon lui au regard, par exemple, de l'importance du marché et des contraintes environnementales à respecter.
Deze verduidelijking heeft tot doel, zoals in de richtlijn 2004/18/EG, te onderstrepen dat de aanbestedende overheid aan de ondernemingen maar een bewijs kan vragen dat zij aan bepaalde normen inzake milieubeheer voldoen, wanneer dit volgens haar is gerechtvaardigd op grond van, bijvoorbeeld, de belangrijkheid van de opdracht en de te respecteren milieuverplichtingen.