6. L’instance de surveillance des enchères rend des avis au sens de l’article 7, paragraphe 7, de l’article 8, paragraphe 3, de l’article 27, paragraphe 3, et de l’article 31, paragraphe 1, et conformément aux dispositions de l’annexe III. Elle se prononce dans un délai raisonnable.
6. De veilingtoezichthouder brengt adviezen uit overeenkomstig artikel 7, lid 7, artikel 8, lid 3, artikel 27, lid 3, en artikel 31, lid 1, en als bedoeld in bijlage III. De adviezen worden binnen een redelijke termijn uitgebracht.