— Aussitôt qu'aura été apportée la preuve que les droits sur une œuvre donnée qui est exécutée ou reproduite sont gérés par une société visée au présent chapitre, il sera présumé jusqu'à preuve du contraire que cette même société gère également les droits sur toutes les autres œuvres qui sont exécutées ou reproduites dans le cadre du même événement ou de la même activité».
— Van zodra het bewijs geleverd is dat de rechten op een bepaald werk dat uitgevoerd of gereproduceerd wordt, beheerd worden door een vennootschap zoals in dit hoofdstuk bedoeld, wordt tot bewijs van het tegendeel vermoed dat diezelfde vennootschap ook de rechten op alle andere werken die uitgevoerd of gereproduceerd worden in het kader van hetzelfde evenement of bedrijvigheid beheert».