Il lui serait donc difficile de soutenir aujourd'hui que les textes des articles 322 et 324 du Code pénal suffisent car ils « paraissent assez larges pour couvrir les formes de participation visées par le paragraphe 4 de l'article 3 de la Convention ».
De Regering kan nu dus moeilijk staande houden dat de artikelen 322 en 324 van het Strafwetboek toereikend zijn, omdat ze « voldoende ruim (zijn) om ook betrekking te hebben op de vormen van deelneming aan een criminele organisatie bedoeld in artikel 3, vierde lid, van de Overeenkomst ».