De même, s'il se comprend qu'un prélèvement ADN fait contre la volonté de l'intéressé, sans mandat d'un juge d'instruction, soit frappé de nullité d'ordre public, il serait excessif d'appliquer cette sanction au non respect d'autres dispositions en la matière comme, par exemple, le délai dans lequel l'expert doit transmettre son rapport au juge d'instruction (article 190, § 3, alinéa 7).
Zo ook kan worden aanvaard dat een DNA-afname tegen de wil van de betrokkene, zonder een bevel daartoe van een onderzoeksrechter, nietig van openbare orde is, maar het zou buitensporig zijn die sanctie toe te passen op de niet-naleving van andere bepalingen terzake, zoals bijvoorbeeld de termijn waarin de deskundige zijn verslag moet overzenden aan de onderzoeksrechter (artikel 190, § 3, zevende lid).