Certes, les ' pensions, rentes viagères ou allocations de m
ême nature, dont un seul des époux est titulaire ' sont propres (article 1401, 4°) ainsi que ' le droit à réparation d'un préjudice corporel ou moral personnel ' (article
1401, 3°); mais de tels avantages proviennent généralement d'une activité ou
d'un préjudice qui était propre à leur bénéf ...[+++]iciaire.
De ' pensioenen, lijfrenten of soortgelijke uitkeringen, die een der echtgenoten alleen bezit ' zijn weliswaar eigen (artikel 1401, 4°) alsmede ' het recht op herstel van persoonlijke lichamelijke of morele schade ' (artikel 1401, 3°), maar dergelijke voordelen komen in de regel voort uit een activiteit of een nadeel dat eigen was aan de begunstigde ervan.