La disposition en cause, lue en combinaison avec l'article II. 285 du Code de l'enseignement supérieur, n'est pas compatible avec les articles 10 et 11 de la Constitution, combinés ou non avec l'article 6 de la Convention européenne des droits de l'homme, en ce qu'elle a pour effet de réserver
une possibilité de recours devant le Conseil pour les contestations relatives aux décisions sur la progres
sion des études aux seuls étudiants qui sont inscrits sur la base d'un contrat de diplôme et de ne pas prévoir un tel
...[+++] recours en faveur des (candidats) étudiants inscrits sur la base d'un contrat de crédits ou d'examen.
De in het geding zijnde bepaling, in samenhang gelezen met artikel II. 285 van de Codex Hoger Onderwijs, is niet bestaanbaar met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met artikel 6 van het Europees Verdrag voor de rechten van de mens, in zoverre zij tot gevolg heeft dat een beroepsmogelijkheid bij de Raad voor de betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen enkel wordt voorbehouden aan studenten die zijn ingeschreven met een diplomacontract en in een dergelijke beroepsmogelijkheid niet is voorzien voor (kandidaat-) studenten die zijn ingeschreven met een credit- of examencontract.