26. prend acte du fait que la Turquie a contribué à l'entrée en vigueur, au 1 août 2014, de la convention du Conseil de l'Europe sur la prévention et la lutte contre la violence à l'égard des femmes et la violence domestique (convention d'Ist
anbul); se déclare néanmoins préoccupé par le nombre d'actes de violence contre les femmes, qui reste élevé, et la non-application de la législation nationale en matière de prévention de la violence contre les femmes; demande aux autorités turques de mettre à la disposition des femmes et des mineurs victimes de violences suffisamment de refuges pour leur protection; recommande au gouvernement de promo
uvoir l'ég ...[+++]alité des sexes dans le domaine politique, économique, social, culturel, civil ou tout autre domaine; invite le gouvernement turc, en coopération avec la société civile et les associations professionnelles, à faciliter les activités d'entreprise des femmes et à réduire les obstacles à l'accès des femmes à l'activité économique, et prie instamment le gouvernement turc de se fixer, à cet égard, un objectif ambitieux en matière d'accès des femmes à l'emploi; fait observer que la Turquie figurait à la 125e place des 142 pays repris dans le rapport du Forum économique mondial sur les inégalités entre les sexes à travers le monde (Global Gender Gap report) en 2014; regrette profondément les remarques formulées par certains fonctionnaires et représentants du gouvernement sur le rôle des femmes dans la société turque et insiste sur le fait qu'il importe de lutter contre les stéréotypes et les préjugés à l'égard des femmes dans la société; 26. neemt kennis van het feit dat Turkije heeft bijgedragen aan de inwerkingtreding op 1 augustus 2014 van het Verdrag van de Raad van Europa inzake het voorkomen en bestrijden van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld (Verdrag van Istanbul); uit evenwel zijn zorg over de nog altijd hoge prevalentie van geweld tegen vrouwen en de gebrekkige tenuitvoerlegging van binnenlandse wetgeving ter voorkoming van geweld tegen vrouwen; dringt er bij de Turkse autoriteiten op aan te voorzien in voldoende opvangtehuizen voor vrouwen en minderjarigen die het slachtoffer zijn van huiselijk geweld; beveelt de Turkse regering aan gendergelijkheid te bevorderen op politiek, economisch, sociaal, cultureel, en maatschappelijk vlak of op enig ander terrei
...[+++]n; dringt er bij de Turkse regering op aan om, in samenwerking met het maatschappelijk middenveld en desbetreffende ondernemersorganisaties, ondernemerschap onder vrouwen te bevorderen en het aantal obstakels dat de toegang van vrouwen tot economische activiteiten belemmert, te verminderen; spoort de Turkse regering in dit verband aan een ambitieus streefdoel te stellen voor de toegang van vrouwen tot werk; wijst erop dat Turkije in het Global Gender Gap Report 2014 van het World Economic Forum op plaats 125 van de 142 landen staat; betreurt de opmerkingen van bepaalde overheidsfunctionarissen en vertegenwoordigers van de regering over de rol van vrouwen in de Turkse samenleving ten zeerste, en benadrukt dat het van groot belang is om stereotypen en vooroordelen in de samenleving jegens vrouwen te bestrijden;