On retrouve au 19 et XX siècles le même type d'approche pseudo-scientifique visant à démontrer que la « nature » au sens anatomique, physique et aussi psychique, de la femme implique une « infériorité naturelle », légitimant de la sorte des mécanismes d'assimilation, d'invisibilisation, de valorisation/dévalorisation et de hiérarchie.
In de negentiende en twintigste eeuw treft men een soortgelijke pseudowetenschappelijke aanpak aan die erop gericht is aan te tonen dat de « natuur » — in anatomische, lichamelijke en ook psychologische zin — van de vrouw een zekere « natuurlijke ondergeschiktheid » impliceert en die dus een legitimatie is voor mechanismen van assimilatie, onzichtbaar maken, valorisatie/devalorisatie en hiërarchie.