Pour les exercices d'imposition 1984 à 1989, le montant des charges ou sommes non justifiées conformément aux articles 47, § 1, et 101 a été incorporé, en tant que dépense non admise, à l'assiette imposable de la société requérante devant le juge a quo , en vertu de l'article 132 du Code des impôts sur les revenus 1964, en vue de la perception de la cotisation ordinaire à l'impôt des sociétés.
Voor de aanslagjaren 1984 tot en met 1989 werd op grond van artikel 132 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1964, voor de heffing van de gewone aanslag in de vennootschapsbelasting, het bedrag van de niet overeenkomstig de artikelen 47, § 1, en 101 bewezen lasten of bedragen als verworpen uitgaven opgenomen in de belastbare grondslag van de vennootschap, eiseres voor de verwijzende rechter.