Les revenus, à concurrence de 95 p.c. de leur montant, visés à l’article 202, § 1 , 1· et 3·, alloués ou attribués par une société filiale visée au paragraphe 2, alinéa 3, et établie dans un État membre de l’Union européenne, qui n’ont pu être déduits peuvent être reportés sur les exercices d’imposition postérieurs”.
De in artikel 202, § 1, 1· en 3·, bedoelde inkomsten, tot 95 pct. van hun bedrag, verleend of toegekend door een in paragraaf 2, derde lid, bedoelde dochteronderneming gevestigd in een lidstaat van de Europese Unie, die niet kunnen worden afgetrokken, mogen naar volgende belastbare tijdperken worden overgedragen”.