3. Lorsque les documents visés aux paragraphes 1 et 2 ne sont pas délivrés par l'État membre d'origine ou de provenance, ils sont remplacés par une déclaration sous serment - ou, dans les États membres où un tel serment n'existe pas, par une déclaration solennelle - faite par le bénéficiaire devant une autorité judiciaire ou administrative compétente ou, le cas échéant, un notaire de cet État membre; l'autorité compétente ou le notaire délivre alors une attestation faisant foi de ce serment ou de cette déclaration solennelle.
3. Wanneer de in lid 1 bedoelde documenten of de in lid 2 bedoelde verklaring niet worden afgegeven door de lidstaat van oorsprong of van herkomst van de begunstigde, worden deze vervangen door een verklaring onder ede - of, in de lidstaten waar in deze verklaring niet is voorzien, door een plechtige verklaring - welke door de betrokkene wordt afgelegd ten overstaan van een bevoegde rechterlijke of administratieve instantie of, in voorkomend geval, van een notaris van bedoelde lidstaat, welke een attest afgeeft waarin de aflegging van deze eed of deze plechtige verklaring wordt bevestigd.