Art. 14. Conformément aux articles 53, 3°, et 35bis de la loi spéciale du 16 janvier 1989 relative au financement des Communautés et des Régions, modifiée par la loi spéciale du 16 juillet 1993
visant à achever la structure fédérale de l'Etat, les moyens financiers des Régions en provenance de la partie attribuée du produit de l'impôt des personnes physiques sont estimés, pour l'année budgétaire 1999, en tenant compte des soldes probables du décompte de l'année budgétaire 1998, à 225 763 300 000 francs pour la Région flamande, à 129 724 300 000 francs pour la Région wallonne et
à 35 651 000 000 de ...[+++]flancs pour la Région de Bruxelles-Capitale.Art. 14. Overeenkomstig de artikelen 53, 3°, en 35bis van de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten, gewijzigd door de bijzondere wet van i6 juli 1993 tot vervollediging van de federale staatsstructuur, worden de financiële middelen van de Gewesten afkomstig uit het toegewezen gedeelte van de opbrengst van de personenbelasting, voor het begrotingsjaar 1999, rekening houdende met de vermoedelijke saldi van de afrekening van het begrotingsjaar 1998, geraamd
op 225 763 300 000 frank voor het Vlaamse Gewest, op 129 724 300 000 frank voor het Waalse Gewest en op 35 651 000 000 fran
...[+++]k voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
