Le droit à des élections libres, tel qu'il est prévu par l'article 3 du Premier Protocole additionnel à la Convention européenne des droits de l'homme, laisse place à des limitations implicites aussi longtemps que celles-ci ne portent pas d'atteinte substantielle aux droits garantis, qu'elles poursuivent un but légitime et que les moyens employés ne se révèlent pas disproportionnés.
Het recht op vrije verkiezingen, zoals daarin is voorzien bij artikel 3 van het Eerste Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, laat ruimte voor impliciete beperkingen zolang zij de gewaarborgde rechten niet in substantie aantasten, een wettig doel wordt nagestreefd en geen onevenredig beperkende regelingen worden aangewend.