L'autorisation spéciale visée à l'alinéa 2 peut uniquement être accordée pour autant que cela soit nécessaire du fait que d'autres moyens ou méthodes ne peuvent suffire à prévenir ou empêcher le risque particulier auquel les agents de gardiennage eux-mêmes ou les personnes qu'ils protègent sont confrontés.
De bijzondere toestemming, bedoeld in het tweede lid, kan enkel worden gegeven voor zover dit noodzakelijk is doordat andere middelen of methodes het bijzondere risico waaraan de bewakingsagenten zelf of de personen die zij beschermen, worden blootgesteld, op een onvoldoende wijze kunnen voorkomen of verhinderen.