75. invite les États membres à coordonner leur position à cet égard avec celle de l'Union; souligne que l'Union et ses États membres disposent de ressources considérables en matière de politique étrangère et doiven
t montrer la voie à suivre dans le domaine de la diplomatie climatique et mobiliser ce réseau afin de trouver un terrain d'entente sur le
s grands thèmes qui devront faire l'objet d'un accord à Paris, à savoir l'atténuation, l'adaptation, le financement, la mise au point et le transfert de technologies, la transparence des m
...[+++]esures et des aides, ainsi que le développement des capacités;
75. vraagt de lidstaten hun standpunten ter zake te coördineren met die van de EU; onderstreept dat de EU en haar lidstaten op het vlak van buitenlands beleid over enorme capaciteiten beschikken, op het vlak van klimaatdiplomatie leiderschap moeten tonen, en dit netwerk moeten benutten om overeenstemming te bereiken over de belangrijkste onderwerpen waarover in Parijs een akkoord moet worden gesloten, namelijk mitigatie, aanpassing, financiering, ontwikkeling en overdracht van technologie, transparantie van de maatregelen en de ondersteuning, en opbouw van capaciteit;