Vertaling van "suédois introduction depuis " (Frans → Nederlands) :

Les Gouvernements des Etats membres et la Commission des Communautés européennes étaient représentés comme suit : Pour la Belgique : M. Philipe MAHOUX Ministre de l'Education de la Communauté française Pour le Danemark : M. Ole VIG JENSEN Ministre de l'Education Pour l'Allemagne : M. Dieter BREITENBACH Ministre des Sciences et de la Culture du Saarland Pour la Grèce : M. Georgios PAPANDREOU Ministre de l'Education nationale et des Cultes Pour l'Espagne : M. Gustavo SUÁREZ PERTIERRA Ministre de l'Education et des Sciences Pour la France : M. François BAYROU Ministre de l'Education Pour l'Irlande : Mme Niamh BHREATHNACH Ministre de l'Education Pour l'Italie : M. Giancarlo LOMBARDI Ministre de l'Enseignement Pour le Luxembourg : Mme Erna HENNICOT-SCHOEPGES Ministre de l'Education nationale Pour l'Autriche M. Erhard BUSEK Ministre fédéral de l'Education Pour les Pays-Bas M. Jozef Maria M. RITZEN Ministre de l'Enseignement, de la Culture et des Sciences Pour le Portugal : M. João de VALLERA Représentant permanent adjoint Pour la Finlande M. Olli-Pekka HEINONEN Ministre de l'Education Pour la Suède Mme Ylva JOHANSSON Ministre de l'Education Pour le Royaume-Uni : M. Tim BOSWELL Secrétaire d'Etat à l'Education Pour la Commission : Mme Edith CRESSON Membre AMELIORATION DE LA QUALITE ET DIVERSIFICATION DE L'APPRENTISSAGE ET DE L'ENSEIGNEMENT DES LANGUES AU SEIN DES SYSTEMES EDUCATIFS DE L'UNION EUROPEENNE - RESOLUTION DU CONSEIL Le Conseil a marqué son accord sur la résolution suivante qui sera formellement adoptée lors d'une prochaine session, après sa mise au point linguistique en finlandais et suédois : "Introduction Depuis leur Résolution de 1976 comportant un programme d'action en matière d'éducation, le Conseil et les Ministres de l'Education réunis au sein du Conseil se sont attachés à maintes reprises à promouvoir l'enseignement des langues de l'Union.
De Regeringen van de Lid-Staten en de Commissie van de Europese Gemeenschappen waren als volgt vertegenwoordigd : België : de heer Philipe MAHOUX Minister van Onderwijs van de Franse Gemeenschap Denemarken : de heer Ole VIG JENSEN Minister van Onderwijs Duitsland : de heer Dieter BREITENBACH Minister van Wetenschappen en Cultuur van Saarland Griekenland : de heer Georgios PAPANDREOU Minister van Onderwijs en Kerkelijke Zaken Spanje : de heer Gustavo SUÁREZ PERTIERRA Minister van Onderwijs en Wetenschappen Frankrijk : de heer François BAYROU Minister van Onderwijs Ierland : mevrouw Niamh BHREATHNACH Minister van Onderwijs Italië : de heer Giancarlo LOMBARDI Minister van Onderwijs Luxemburg : mevrouw Erna HENNICOT-SCHOEPGES Minister van Onderwijs Oostenrijk : de heer Erhard BUSEK Minister van Onderwijs Nederland : de heer Jozef Maria M. RITZEN Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen Portugal : de heer João de VALLERA Plaatsvervangend Permanent Vertegenwoordiger Finland : de heer Olli-Pekka HEINONEN Minister van Onderwijs Zweden : mevrouw Ylva JOHANSSON Minister van Onderwijs Verenigd Koninkrijk : de heer Tim BOSWELL Staatssecretaris van Onderwijs Commissie : mevrouw Edith CRESSON Lid KWALITEITSVERBETERING EN DIVERSIFICATIE VAN TAALVERWERVING EN TAALONDERWIJS IN DE ONDERWIJSSTELSELS VAN DE EUROPESE UNIE - RESOLUTIE VAN DE RAAD De Raad heeft zijn goedkeuring gehecht aan onderstaande resolutie, die, na taalkundige bijwerking in het Fins en het Zweeds, tijdens een volgende zitting formeel zal worden aangenomen : "Inleiding Sinds de Raad en de Ministers van Onderwijs, in het kader van de Raad bijeen, in 1976 hun resolutie houdende een actieprogramma op onderwijsgebied aannamen, hebben zij herhaaldelijk geijverd voor de bevordering van het taalonderwijs van de Unie.

De nombreux progrès ont été réalisés au cours des vingt années qui se sont écoulées depuis l’introduction de la citoyenneté de l’Union européenne: une récente enquête Eurobaromètre indique que 69 % des Suédois se sentent européens (contre 62 % des citoyens européens en moyenne).
Volgens een recente Eurobarometer voelt 69% van de Zweden zich Europeaan (gemiddeld is dat 62% voor EU-burgers).