La sympathie internationale extrêmement partiale pour la cause palestinienne et les efforts désespérés des États islamiques ont amené le Conseil à s’occuper du conflit au Moyen-Orient, mais des critiques répétées ont été adressées à un seul pays, Israël, négligeant les violations de la part du Hezbollah et de certaines factions palestiniennes.
In het bijzonder heeft de eenzijdige internationale sympathie voor de Palestijnse zaak en de strijdlustige verrichtingen van Islamitische staten de Raad ertoe geleid dat conflict in het Midden-Oosten aan de orde werd gesteld, maar er was herhaaldelijk kritiek op slechts één staat - Israël - waarbij overtredingen van Hezbollah en enkele Palestijnse groepen werden genegeerd.